SV | Maar toch, indien het land uwer bezitting onrein is, komt over in het land van de bezitting des HEEREN, waar de tabernakel des HEEREN woont, en neemt bezitting in het midden van ons; maar zijt niet wederspannig tegen den HEERE, en zijt ook niet wederspannig tegen ons, een altaar voor u bouwende, behalve het altaar van den HEERE, onzen God. |
WLC | וְאַ֨ךְ אִם־טְמֵאָ֜ה אֶ֣רֶץ אֲחֻזַּתְכֶ֗ם עִבְר֨וּ לָכֶ֜ם אֶל־אֶ֨רֶץ אֲחֻזַּ֤ת יְהוָה֙ אֲשֶׁ֤ר שָֽׁכַן־שָׁם֙ מִשְׁכַּ֣ן יְהוָ֔ה וְהֵאָחֲז֖וּ בְּתֹוכֵ֑נוּ וּבַֽיהוָ֣ה אַל־תִּמְרֹ֗דוּ וְאֹתָ֙נוּ֙ אֶל־תִּמְרֹ֔דוּ בִּבְנֹֽתְכֶ֤ם לָכֶם֙ מִזְבֵּ֔חַ מִֽבַּלְעֲדֵ֔י מִזְבַּ֖ח יְהוָ֥ה אֱלֹהֵֽינוּ׃ |
Trans. | wə’aḵə ’im-ṭəmē’â ’ereṣ ’ăḥuzzaṯəḵem ‘iḇərû lāḵem ’el-’ereṣ ’ăḥuzzaṯ JHWH ’ăšer šāḵan-šām mišəkan JHWH wəhē’āḥăzû bəṯwōḵēnû ûḇaJHWH ’al-timərōḏû wə’ōṯānû ’el-timərōḏû biḇənōṯəḵem lāḵem mizəbēḥa mibalə‘ăḏê mizəbaḥ JHWH ’ĕlōhênû: |
Maar toch, indien het land uwer bezitting onrein is, komt over in het land van de bezitting des HEEREN, waar de tabernakel des HEEREN woont, en neemt bezitting in het midden van ons; maar zijt niet wederspannig tegen den HEERE, en zijt ook niet wederspannig tegen ons, een altaar voor u bouwende, behalve het altaar van den HEERE, onzen God.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Maar toch, indien het land uwer bezitting onrein is, komt over in het land van de bezitting des HEEREN, waar de tabernakel des HEEREN woont, en neemt bezitting in het midden van ons; maar zijt niet wederspannig tegen den HEERE, en zijt ook niet wederspannig tegen ons, een altaar voor u bouwende, behalve het altaar van den HEERE, onzen God.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!